Ik durfde niet alleen
Ik was tijdens en na mijn behandelingen vreselijk bang. Ik durfde niet meer alleen of samen met mijn zoontje naar buiten, of in mijn eentje boodschappen doen. Mijn man ging altijd mee. Op een ochtend, mijn man was naar kantoor, wilde ik gaan douchen. Verlamd van angst stond ik met de badkamerdeur in mijn hand.
Het tempo lag veel te hoog
De genezing kan nu echt beginnen, zo dacht ik. Helaas bleek ik mezelf nog een keer te moeten herpakken. Dit keer om de draad van het normale leven op te pakken, geen patiënt meer hoeven zijn, maar van nut voor mijn omgeving, zowel zakelijk als privé. Ik was immers een volwaardig lid van de samenleving en dat wilde ik terug.
Tranen, tranen, tranen
De avond voor de schildwachtklierprocedure, twee weken na het slechtnieuwsgesprek kwam het pas aan. Plotseling. Tranen, tranen, tranen, ik kon ze niet stoppen! Maar wat was ik blij dat ik eindelijk voelde: verdriet, angst, onzekerheid, boosheid, frustratie, machteloosheid, alles passeerde de revue. Ik liet het allemaal maar komen.
Hoofd zit vol
Ik lig hier met trillende benen. De cornflakes ligt beneden. Hoe ga ik die dertien treden af en op. Mijn wereldprobleem op dit moment. Waarom ben je alleen, vraagt iedereen.
Ik wil mezelf niet laten zien. Ik wil geen mensen om me heen.
Een mallemolen
Na de diagnose kom je in een mallemolen waarin je eigenlijk weinig tijd hebt om echt na te denken. Je gaat in een overlevingsstand om operatie, chemo’s en bestralingen te doorstaan. Na de behandelingen stopt de meeste aandacht, word je teruggeworpen op jezelf en ga je je leven weer opbouwen. Wat mij erg tegenviel was dat ik niet meer hetzelfde kon als voor mijn ziekte.
Gemoedsrust
Ik bereid me altijd goed voor. De avond voor een consult of uitslag ga ik met mijn notitieboekje zitten. Ik ga door een denkbeeldige lijst met vragen en schrijf beknopt op wat er in de tussenliggende tijd opmerkelijk was.
Daar zat ik: de vrouw met één borst
De laatste ochtend, vlak voor mijn vertrek uit het ziekenhuis, werd ik in een stoel voor de badkamerspiegel van de chirurgische afdeling geplaatst. Daar zat ik: de vrouw met één borst. Schrikken van je eigen spiegelbeeld. Ben ik dat? Oh mijn God, ik ben mismaakt, bijna een kermisattractie. Ik ben niet meer die sterke, stoere vrouw die nooit opgeeft.
Ondanks de kanker toch een fijn seksleven
En hé, misschien hebben jullie wel allebei geen behoefte aan seks, maar wel aan een warme hug. Ook goed toch? Het is zoals jullie het ervaren! Niks moet! Als je je er maar prettig bij voelt!
Kinderen en kleinkinderen
‘Na bijna tien jaar ups en downs kwam de diagnose ‘uitzaaiingen in de botten’. Dit is het einde! De impact is deze keer groter en intenser. Maar op een of andere wonderlijke manier krijg je de kracht om ook dit aan te kunnen.
Ik geloof ook dat we nader tot elkaar gekomen zijn
Zo goed mogelijk heb ik haar bijgestaan in deze, ook voor mij, maar zeker voor haar, niet gemakkelijke periode. Wat ik heb meegemaakt en doorstaan valt in het niet bij wat Anke is overkomen. Ik geloof ook dat we nader tot elkaar gekomen zijn omdat we samen zijn opgetrokken en zo elkaar nog beter zijn gaan leren kennen, waarderen en respecteren.
Pastinaak - prei - mosterdsoep
Tijdens de 25 daagse chemokuur die ik gelijktijdig naast de evenzovele bestralingen volgde werd ik steeds misselijker. Elke morgen en avond als ik het witte bakje van de afhaal Chinees, waarop ik met zwarte stift chemo had geschreven uit de kast pakte, begon het.
Bewegen
Blijf zoveel mogelijk sporten. Zoek begeleiding als het niet zelfstandig lukt. Ik ben zoveel mogelijk blijven hardlopen en ik ging naar de fitnessschool. Tijdens de bestralingen heb ik het hardlopen naar twee keer per week opgehoogd en na de bestralingen drie keer per week. Hierdoor blijf je zoveel mogelijk in conditie en dat draagt bij aan je herstel. Het is wel belangrijk dat je goed naar je lichaam luistert.
Vermoeidheid
Moeheid, allesomvattende moeheid, dag in, dag uit. Dit stukje is geen klacht, maar om duidelijk te maken wat twee jaar achter elkaar chemo met je doet. Het heeft een grote impact op alles wat ik doe. Vooruit plannen, niet teveel achter elkaar, want dat trek ik niet.
Stemmingswisselingen en opvliegers
Ik probeer te ontdekken wie of wat me het meest irriteert, verdrietig maakt of anderszins mijn stemming beïnvloedt. Ik houd daar dan rekening mee, of probeer het te vermijden. Ik heb bijvoorbeeld meer last van stemmingswisselingen als ik onvoldoende heb geslapen.
Eetlust
Samen met vriendin Bushra begon ik uit te zoeken wat ik het beste zou kunnen eten en kwam erachter hoe gezond bepaalde noten en zaden zijn. Braaf begon ik elke ochtend een lepel van alles te nemen, zoals gojibessen en zonnepitten.
Ik wil een zinvol leven leiden
Door de anti-hormoonkuur kwam ik vervroegd in de overgang, met bijbehorende klachten: nachtzweten, gewrichtspijn, slappe banden in mijn bekken, opvliegers, slapeloosheid, obstipatie. Klachten die gewoonlijk niet bij mijn leeftijd passen. Mensen kijken me vreemd aan als ik begin te puffen en zweten in een warenhuis.
Familie en vrienden
Dat ik ondanks een druk gezinsleven toch kan blijven werken komt door één ding en dat is hulp van mijn moeder. Ondanks dat zij zelf ook nog drie dagen per week werkt, komt ze elke week alle bedden verschonen, de was opvouwen en strijken. Ik heb al honderd keer gezegd dat ik dat zelf ook kan doen. Dat ik dan gewoon minder ga werken, maar mijn moeder vindt het fijn dat ze iets voor me kan doen en dat ik daardoor tijd kan besteden aan dingen die me energie geven.
Ik weet nog niet of ik nog kinderen kan krijgen
Omdat ik 31 jaar was ten tijde van de diagnose, is er erfelijkheidsonderzoek gedaan. Ik bleek erfelijk belast met het BRCA2-gen. De genmutatie komt van mijn vaders kant. Dat betekent dat mijn eierstokken rond mijn veertigste verwijderd zullen worden en dat ik waarschijnlijk mijn rechterborst ook nog zal laten opereren. Ik weet nog niet of ik nog kinderen kan krijgen.
Het voelde alsof hij me onderzocht
Onze seksualiteit is veranderd, omdat wij veranderd zijn. Daar hadden we niet bij stilgestaan. Ik was alleen maar bezig met overleven. Nu dat gelukt is, moeten we gaan werken aan de toekomst. We moeten elkaar opnieuw leren kennen.
Werk en vrije tijd
Kom voor jezelf op! Luister niet teveel naar andermans verhalen. Vaak zijn ze dramatisch en pept het je niet op. Iedereen is anders en elk ziektegeval is anders. Als bijvoorbeeld een Arboarts denkt dat je echt wel weer een aantal uur kan werken en je denkt zelf van niet, geef dan duidelijk aan wat je grenzen zijn. Je komt jezelf echt tegen als je te snel teveel gaat doen.