FAMILIE EN VRIENDEN
We vullen elkaar heel goed aan. Ik denk dat dit niet alleen komt door onze ziekte, maar ook omdat we goed bij elkaar passen vanwege de overeenkomsten. We hebben dezelfde cultureel-religieuze achtergrond, we zijn ongeveer even oud, we hebben allebei kleine kinderen.
Iemand kan er wel beter uitzien - na de chemo kreeg ik snel weer haar, bijvoorbeeld - maar ik voelde me allesbehalve goed en kreeg een fikse ruzie in mijn familie, drie dagen na mijn amputatie.
Vorig jaar herfst borg ik mijn tuinslang op en sloot het water af in de veronderstelling dat ik er in de lente niet meer zou zijn. Kun je je voorstellen hoe blij ik was toen ik onlangs de boel weer aan ging sluiten?
In iedere kerk in ieder land wat ik bezoek, steek ik daarom een kaarsje voor haar aan in de hoop weer wat tijd voor haar erbij te sprokkelen.
Ik besef na een tijdje dat ik het soms zat ben om alleen maar over mezelf te praten en dat ik ook wil weten hoe het met anderen gaat. Met die behoefte doe ik dan ook iets.
Aan de andere kant, niemand had kunnen voorspellen dat we, terugkijkend, zo lang al bezig zijn met behandelen. In het behandelcentrum zijn we inmiddels kind aan huis en kennen de verpleegkundigen ons al veertien jaar. Dat schept een enorme vertrouwensband.
Ik dacht altijd dat hij niet romantisch was, totdat ik een kaartje van hem kreeg: zullen we nieuwe herinneringen opbouwen? En aan de binnenkant: Roos, lieve schat, ik hou van jou! En zomaar een bosje bloemen.
Ik dacht dat ze niet naar een feestje kwam omdat ze zich een beetje grieperig voelde. Later bleek dat ze niet met een pruik op gezien wilde worden. Dat deed pijn.
Dek je zelf in en spreek van tevoren af: als je om zo laat komt, blijf dan bijvoorbeeld maximaal een uur, want anders wordt het teveel. Op het moment zelf is het namelijk heel lastig om tegen iemand te zeggen: Sorry, maar ik ben nu moe, wil je vertrekken?
God legt mensen soms zeer zware beproevingen op, maar geeft daarbij ook kracht om het te dragen. Die overtuiging helpt ons heel erg.
Zonder mijn man zou ik dit niet volhouden. Hij steunt mij in alles en gaat ook mee naar alle doktersbezoeken en behandelingen. Het is fijn om iemand naast je te hebben die je steunt.
Op het moment dat ik de ring om haar vinger schoof, wist ik dat ik mijn naïviteit inruilde voor een weg die voor eeuwig te kort zou zijn. Niet door zijn voorspoed, maar juist door zijn tegenspoed.
Ik voel dat mijn kracht terugkomt. Mijn gevoel terugkomt. Mijn schoonheid terugkomt. Heb het zien vervagen en mag het weer zien terugkomen.
Mijn moeder is in 2008 overleden aan een hersentumor. Daarom weet ik ook hoe het voelt om aan de andere kant te staan. Ik vind het eerlijk gezegd zwaarder, aan die andere kant.
Ga jezelf niet isoleren, maar neem deel aan het sociale leven. Je verzet je geest, krijgt nieuwe informatie en bent even niet met je ziekte bezig. Kortom: leef het leven.
Zo goed mogelijk heb ik haar bijgestaan in deze, ook voor mij, maar zeker voor haar, niet gemakkelijke periode. Wat ik heb meegemaakt en doorstaan valt in het niet bij wat Anke is overkomen. Ik geloof ook dat we nader tot elkaar gekomen zijn omdat we samen zijn opgetrokken en zo elkaar nog beter zijn gaan leren kennen, waarderen en respecteren.
Dat ik ondanks een druk gezinsleven toch kan blijven werken komt door één ding en dat is hulp van mijn moeder. Ondanks dat zij zelf ook nog drie dagen per week werkt, komt ze elke week alle bedden verschonen, de was opvouwen en strijken. Ik heb al honderd keer gezegd dat ik dat zelf ook kan doen. Dat ik dan gewoon minder ga werken, maar mijn moeder vindt het fijn dat ze iets voor me kan doen en dat ik daardoor tijd kan besteden aan dingen die me energie geven.